THÉ LAU & DANTE OEI - 15 JANUARI 1999 - MUZIEKCENTRUM 'VREDENBURG', UTRECHT.
EINDELIJK AANDACHT VOOR ZINGENDE HEER THÉ LAU

ALGEMEEN DAGBLAD Nico Heemelaar, januari 1999

Thé Lau en Dante Oei (1999) / Foto: Bert KoornstraThé Lau heeft groot gelijk dat hij na jaren van festivals en feesttenten de intimiteit van het theater heeft gekozen. Zonder zijn band The Scene, maar slechts begeleid door toetsenist Dante Oei, is de éminence grise van de Nederlandse popmuziek op zoek naar een gewillig oor. Lau maakt namelijk prachtige, poëtische teksten, maar voelt zich in het lawaaierige popcircuit een roepende in de woestijn.

Als er één is die moest wennen aan het contrast van willekeurige feesttent in Oost-Nederland en kleine zaal van Muziekcentrum 'Vredenburg' in Utrecht, dan was Lau dat zelf. Voor Vredenburg stond hij geprogrammeerd in de serie 'ZIngende Heren', wat hem het soort abonnementenpubliek opleverde dat waarschijnlijk nog nooit een feesttent van binnen heeft gezien. Zoveel belangstellende luisteraars en een haast hoorbare stilte in de zaal, voor zingende heer Lau was het allemaal erg nieuw. "En nu ga ik mijn hit spelen" - stilte - "Jullie mogen best klappen", voegde hij er op charmant verlegen toon aan toe. Het publiek klapte eventjes beleefd mee, maar toen hij zijn scheurende stem zette op het nummer 'Blauw' ('ik heb vannacht gedronken en gezien') verstomde het applaus weer snel. In de ambiance van het theater met zulke excellente teksten en een zeer behendige toetsenist lieten de toehoorders het wel uit hun hoofd om als klapvee te fungeren.

Thé Lau moest met de billen bloot en gaf het beste weg van wat hij de afgelopen decennia heeft geschreven. Rauwe rock & roll-teksten die glinsterden als diamantjes. Met zijn getergde stem, zijn rollende 'r' en hard uitgesproken 'ij' ging zijn lied over een gestreden strijd letterlijk door hart en ziel. Eén van de juweeltjes: 'De rivier is oppermachtig / een waarachtig vrouwelijk dier / en haar water glinstert prachtig / iedereen kijkt naar de rivier'. Een glaasje wijn fungeerde daarbij als smeermiddel voor de stembanden en vormde met de fles op een keurig gedekt tafeltje het enige decor. Van onbegrepen rocker tot 'zingende heer', Thé Lau heeft er een kleine twintig jaar voor nodig gehad om het zover te brengen. Nu moet hij nog een uitgever vinden die zijn liedjespoëzie bijeen wil brengen in een dikverdiende bundel. «


[Media]